Ghee (of ghi) is een vorm van geklaarde boter. Wanneer de boter geklaard wordt, zijn alle melkbestanddelen uit de boter gehaald. Het gele, zachte goedje wat overblijft is ghee. Het is vooral in de Indiase en Mediterraanse keuken bekend. Het is gemakkelijk thuis klaar te maken, en vooral erg lekker en gezond!
Echte vetten
Echte vetten zijn goed voor de mens, en met reden. Ghee is een vorm van verzadigd vet. Verzadigde vetten zijn stabiel, en voedzaam. Vooral ghee zit boordevol voedingsstoffen.
Waarom is ghee dan zo goed voor ons? Omdat het vet-oplosbare vitaminen bevat. Deze vet-oplosbare vitaminen, waarover Dr. Chris Masterjohn benadrukt dat ze sámenwerken in het lichaam, zijn extreem belangrijk voor de gezondheid van het lichaam en de huid. Wanneer je ghee eet, is dat goed voor je huid. Je kunt het zelfs direct op de huid aanbrengen als lotion of lipbalsem.
Het nutriënt wat ghee vooral erg bijzonder maakt, is het weinig bekende vet-oplosbare vitamine K2. Vitamine K2 werkt samen met vitamine A en D, die beide ook te vinden zijn in ghee. Vitamine D kunnen we ook krijgen van zonlicht, eigeel, melk en zeevruchten. Wat vooral interessant is, is dat vitamine K2, en dan vooral het gebrek aan vitamine K2, een doorslaggevende factor is voor het krijgen van hart- en vaatziekten.
Dus wat maakt ghee zo geweldig gezond?
– Het is een verzadigd vet, het is stabiel en er kan dus in gebakken en gefrituurd worden (en eindeloos hergebruikt worden als het daarna door een zeef wordt gehaald!)
– Het is onwijs lekker en lekker eten maakt gelukkig (en gelukkig zijn is ook gezond!)
– Het zit boordevol vitamine K2, waardoor je vitamine A en D beter kunt opnemen.
Hup, de keuken in! Op het internet staan heerlijke recepten met ghee.