Vanaf 4 tot 6 maanden kun je je baby wat bijvoeding gaan geven. Vaak is dat niet echt nodig, maar gaat het meer om wennen aan verschillende smaken. Vanaf 6 maanden begin je meestal met opvolgmelk en vanaf dat moment gaan veel moeders ook speciaal hapjes voor de baby maken. Maar wat kun je allemaal wel en niet aan zo’n kleintje geven? Wat is lekker, wat is handig en vooral: wat is voor jou als moeder een praktische manier van babyhapjes maken?
Richtlijnen voor leeftijden en wat je kunt geven
Leeftijden en diktes
De baby is op verschillende leeftijden klaar voor verschillende soorten eten. De leeftijd bepaalt vrij sterk welke soort eten je gaat proberen en hoe dik je het babyhapje maakt.
- 4 maanden: dunne, waterige puree met veel vocht
- 5 maanden: iets dikkere puree, die meer lijkt op pap
- 6 maanden: dikke pap, maar nog steeds wel gepureerd
- 7-9 maanden: het hapje kan nu geprakt worden, het is dus wat grover en kan kleine stukjes bevatten
- vanaf 9 maanden: je snijdt het eten klein voor je kindje. Vooral bij vlees is dat belangrijk, want dat kan nu nog niet goed genoeg gekauwd worden. Groentes en aardappels worden kleingesneden aangeboden en hoeven niet meer geprakt te worden.
Let op: dit zijn richtlijnen. De ene baby is sneller in de ontwikkeling dan de andere baby. Soms is een baby heel snel met kruipen, maar kan hij nog niet van een lepeltje eten. Een andere baby ontwikkelt zich precies andersom. Kijk goed naar je baby, dan ontdek je vanzelf waar hij/zij zelf aan toe is.
Leeftijden en soorten hapjes
Het soort eten wat je geeft, hangt af van de leeftijd van je baby. Zo heeft banaan een stoppende werking, dus wordt dat niet geadviseerd voor heel jonge baby’s (ondanks de zoete smaak). Ook sinaasappelsap wordt afgeraden, omdat dat vaak heel erg zuur is. En natuurlijk geef je je 5 maanden oude baby nog geen boterham met kaas! Dus wat kun je geven op welke leeftijd?
- 4 maanden: gekookte pruimen (goed voor de stoelgang), wortelhapje, zoete aardappel, appelmoes zonder suiker, gekookte peer, gekookte pompoen, pastinaak (vrij onbekend, maar lekker zoet).
- 5 maanden: banaan-met-sinaasappelsap (ze heffen elkaar op, dus is het een lekker en gezond hapje), avocado, verschillende groentes die wat minder zoet zijn, komkommer (om op te sabbelen), fijne vis (geen tonijn).
- 6 maanden: opvolgmelk, pap van borst- of flesmelk met rijstebloem, dingetjes om op te sabbelen zoals een stuk gekookte wortel, gepureerde aardappel, vlees dat na het bakken gemalen wordt.
- 7-9 maanden: dingetjes die je baby zelf kan vasthouden, zoals bloemkool- of broccoli roosjes, een broodkorstje, een soepstengel of een liga. De baby kan zelf eten, maar dat lukt nog niet met een lepel. Geef je kindje ook regelmatig vis, laat hem knabbelen aan een visstick of geef wat fijn vlees dat goed is klaargemaakt.
- Vanaf 9 maanden: laat de baby met de maaltijden mee eten terwijl je alles klein snijdt. Liever niet teveel zoet beleg! Je baby mag nu in principe alles hebben, al moet jij er natuurlijk op letten dat hij niet teveel van alles krijgt en dat hij gezond en gevarieerd eet.
Hapjes voor de baby zelf maken
Je baby kan vanaf ongeveer 5 maanden starten met het proeven van groentes. In potjes vind je vaak verschillende groentes door elkaar, zoals de combinatie van verschillende groene groentes. Echter, deze mengeling van smaken wordt sterk afgeraden, omdat de baby dan niet went aan de afzonderlijke smaken! Deze hapjes kun je heel gemakkelijk zelf maken:
- Zoet groentehapje: een baby lust van nature al heel snel worteltjes, pastinaak, zoete aardappel en pompen. Dit is namelijk een zoetige groente, die daardoor al snel lekker wordt gevonden. Je maakt zo’n groentehapje door het klein te snijden, te koken en daarna te pureren. Je hoeft er in principe niks aan toe te voegen als het gaat om een extraatje om aan de smaak te wennen. Het hapje kan op kamertemperatuur of lauwwarm worden gegeten en is dus lekker makkelijk!
- ‘Gewone’ groentes en koolgroentes: deze groentes (denk aan broccoli, prei, spruitjes en spinazie) zijn meestal een iets groter probleem voor je kleintje. Ze hebben namelijk een typische smaak die meestal even moet wennen. De groente wordt gekookt en gepureerd. Alleen is het met deze hapjes verstandig om ze lauwwarm te geven aan je baby en niet koud. Heb je zelf ooit koude bloemkool geproefd? Dat is voor je kindje dus ook echt niet lekker. De smaak kan worden verzacht door het toevoegen van wat boter of melk bij het koken van de groente. Biedt het hapje regelmatig aan zodat je kindje kan proeven, maar leg er geen druk op.
- Gekookt fruit: vanaf vier maanden mag je baby gekookt fruit proberen. Je kunt bijvoorbeeld pruimen koken, ontvellen, ontpitten en fijnmalen. Dit helpt ook de darmpjes van je baby op gang. Verder kun je appeltjes fijnsnijden en koken tot appelmoes (voeg geen suiker toe, maar kies voor licht zoete appels). En natuurlijk is ook perenmoes een heerlijk succes!
- Banaan-met-sinaasappel hapje: beide fruitsoorten hebben nadelen, maar samen zijn ze heerlijk. Banaan kan zorgen voor obstipatie, sinaasappelsap is eigenlijk te zuur voor je kleintje. Daarom worden deze twee vaak gecombineerd. Prak banaan fijn en meng dit met wat sinaasappelsap. Zo krijg je een papje dat zoetig smaakt en geen problemen geeft met de stoelgang van je baby.
- Aardappelpuree: vanaf 5 maanden kun je wat aardappelpuree geven, zolang je dit maar maakt met borstmelk of flesmelk. Je kunt het vanaf 6-7 maanden geven met koemelk of boter erdoorheen om de puree zacht te maken. Uiteraard is gewoon water ook een optie om de puree dunner te maken. Dit hapje bevat veel zetmeel en wordt vaak als maaltijd gegeven.
- Vlees: vlees wordt in het begin eigenlijk altijd fijngemalen en door de groente heen geschept. Maar verschillende vleessoorten kun je vanaf 7 maanden ook los geven, zoals kipfilet. Vanaf 8-9 maanden snijd je het in kleine stukjes en geef je het in brokjes aan je baby. Zorg dat het vlees altijd gaar is, en wacht met rauwe producten tot je baby een jaar is!
- Vis: vis is bijzonder, omdat er eigenlijk twee soorten bestaan. Gewone visfilet, zoals zalm of kabeljauw kun je al vroeg geven, ze bevatten gezonde vetten voor je kindje! Maar roofvissen zoals tonijn worden pas aangeraden als je baby ouder is dan 7 maanden. Alle vis wordt in eerste instantie alleen gaar aangeboden, een baby mag dit pas rauw krijgen als hij ouder dan een jaar is!
Praktische hapjes voor je baby maken
Veel moeders hebben geen tijd om elke dag mini-hapjes voor hun baby te maken. Er zijn machines te koop die het hapje pureren, koken, afkoelen én invriezen. Je kunt dat natuurlijk ook best zelf. Je kookt gewoon een wat grotere hoeveelheid, die maal je goed fijn en daarna vries je het in. Het handigst is het invriezen in ijsblokjes, zodat je telkens de juiste hoeveelheid kunt ontdooien. Zo heb je in één keer genoeg voor een aantal dagen of weken. Je kunt ingevroren babyhapjes ongeveer 6-8 weken bewaren. Let wel even op dat je schone (in het begin gesteriliseerde of uitgekookte) bakjes of ijsklontjesvormen gebruikt. Je kunt in een ijsblokjesvorm meerdere groentes naast elkaar leggen, maar laat ze niet met elkaar in aanraking komen. Dan kan de smaak namelijk veranderen.
Het is helemaal niet moeilijk om voor je baby aan de slag te gaan. Er zijn ook mensen die al vanaf heel jonge leeftijd beginnen om iets van hun eigen bord te prakken voor hun baby. Vanaf zes maanden kun je bijvoorbeeld als je zelf worteltjes eet, een worteltje prakken voor je baby. Vanaf ongeveer 8 maanden kan je baby een maaltijd van jouw bord mee eten als je het goed prakt. Sommige ouders vinden het makkelijk om elke dag een klein baby hapje te maken, andere moeders vriezen de baby hapjes graag in en weer andere moeders laten hun kindje meteen mee-eten. Het hangt eigenlijk vooral af van je eigen voorkeuren of jij zelf baby hapjes gaat maken en hoe je dat doet. Veel succes!
- Heb jij zelf ook nog interessante babyhapjes recepten? Plaats dan een reactie, zodat we ons artikel kunnen updaten!